Hebt u een omgevingsvergunning nodig onder de Omgevingswet?
Voor alle ingeperkt gebruik activiteiten met genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) op inperkingsniveaus I, II, III en IV is vanaf 1 januari 2024 een omgevingsvergunning nodig voor de instelling. Er zijn echter een aantal uitzonderingssituaties waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is.
Wanneer hebt u geen omgevingsvergunning nodig?
- als de werkzaamheden vallen onder een vergunning voor introductie in het milieu
- als de activiteiten technieken betreffen die zijn uitgesloten van ingeperkt gebruik (dit zijn de technieken genoemd in bijlage 3 van het Besluit)
- Als het uitsluitend werkzaamheden betreffen die volgens bijlage 5 of via een 2.8 besluit zijn ingeschaald op S-I (procedures voor scholen)
Uitgangspunten van de omgevingswet
Voor inperkingsniveau I, II en III is de omgevingsvergunningplicht automatisch per 1 januari 2024 opgenomen in het omgevingsplan van elke gemeente in Nederland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar het ingeperkt gebruik plaatsvindt is het bevoegd gezag. De uitvoering van de vergunningverlening is een taak van de Omgevingsdienst. Een individuele gemeente kan haar omgevingsplan aanpassen en deze vergunningplicht eventueel laten vervallen. Om op de hoogte te blijven van de situatie in uw gemeente kunt het omgevingsloket of het helpcentrum van het omgevingsloket raadplegen.
De vergunningplicht voor ingeperkt gebruik activiteiten op inperkingsniveau IV blijft bestaan en wordt geregeld in het Besluit activiteiten in de leefomgeving. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat beslist op de vergunningaanvraag.
Wat betekent de omgevingswet voor u in de praktijk?
Heeft uw organisatie al een Wabo-vergunning voor activiteiten met ggo’s op inperkingsniveau I, II of III? Dan blijft deze vergunning onder de omgevingswet van kracht en hoeft u geen actie te ondernemen.
Heeft uw organisatie nog géén omgevingsvergunning voor activiteiten met ggo’s op inperkingsniveau I, II of III? De vergunningplicht blijft bestaan en u moet een omgevingsvergunning aanvragen bij uw gemeente of Omgevingsdienst.