Hebt u een omgevingsvergunning nodig onder de omgevingswet?
Voor alle ingeperkt gebruik activiteiten met genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) op inperkingsniveaus I, II, III en IV is vanaf 1 januari 2024 een omgevingsvergunning nodig voor de instelling. Er zijn echter een aantal uitzonderingssituaties waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is.
Wanneer hebt u geen omgevingsvergunning nodig?
- als de werkzaamheden vallen onder een vergunning voor introductie in het milieu
- als de activiteiten technieken betreffen die zijn uitgesloten van ingeperkt gebruik (dit zijn de technieken genoemd in bijlage 3 van het Besluit)
- Als het uitsluitend werkzaamheden betreffen die volgens bijlage 5 of via een 2.8 besluit zijn ingeschaald op S-I (procedures voor scholen)
Uw gemeente bepaalt de lokale regels in omgevingsplan
Gemeenten bepalen in hun omgevingsplan wat de lokale regels zijn voor het werken met ggo’s, bijvoorbeeld op welke locaties deze werkzaamheden zijn toegestaan. Deze regels kunnen dus per gemeente verschillen. Gemeenten hebben tot 2032 de tijd om deze regels verder te ontwikkelen. Het is verstandig om dit proces in de gaten te houden.
Wat betekent dit voor u?
De huidige (Wabo-)vergunningen blijven intussen van kracht. Ook aan uw ggo-vergunningen verandert niets. Moet uw organisatie een nieuwe omgevingsvergunning aanvragen of een bestaande omgevingsvergunning laten wijzigen? Doe dan de vergunningcheck op omgevingswet.overheid.nl. Meer weten? Neem contact op met uw omgevingsdienst.